Een Franse Louis XVI reisklok met kwartierrepetitie, Meunier Le Jeune Paris, circa 1780.
Omschrijving
Reisklok
In het derde kwart van de 18e eeuw ontstond er klaarblijkelijk een behoefte aan klokken die meegenomen konden worden op reis. We zien namelijk in deze periode een aantal typen van reisklokken zoals de ‘pendule d’officier’ en de ‘Capucine’ ontstaan. Omdat er nog maar een kleine productie was zijn de klokken uit deze periode vaak individueel van uitvoering. Naast de ‘pendules d’officier’ en vroege ‘Capucines’ die op een oppervlak geplaatst moeten worden waren er ook klokken die opgehangen konden worden. Vaak worden deze koetsklokken genoemd waarbij men er vanuit gaat dat deze klokken opgehangen werden in een koets. Dat zou goed mogelijk kunnen zijn maar het is ook aannemelijk dat dit type klokken opgehangen werd aan een spijker of haak aan de muur waar men tijdens de reis verbleef. Hoe dan ook, het gaat hier om een zeldzame reisklok die gemaakt is om onder andere in een slaapvertrek te hangen. De klok heeft geen slagwerk maar kan wel de uren en kwartieren met slagen op twee bellen aangeven zodat men kan horen hoe laat het is. Dat was natuurlijk heel praktisch in een tijd waarin men niet zomaar even het licht aan kon doen. Verder was de strakke functionele vormgeving niet alleen heel praktisch tijdens het reizen in vroeger tijden, nu zorgt deze er voor dat de klok mooi past in verschillende interieurs. Tenslotte heeft het uurwerk een gangduur van acht dagen wat de gebruiksvriendelijkheid enorm ten goede komt.
Meunier Le Jeune
De geëmailleerde wijzerplaat heeft Romeinse cijfers voor de uren en Arabische cijfers voor de vijf-minuten aanduiding. Het centrum is gesigneerd Meunier le Jeune A Paris. De stevige fraaie ajour gezaagde wijzers zijn gemaakt van gegraveerd messing. De vorm van de wijzers en de manier waarop de cijfers zijn uitgevoerd zijn typisch voor de Louis XVI periode.
Cilindergang
Het ronde platine uurwerk met een gangduur van acht dagen wordt aangedreven door een veerton met snek en ketting. De snek zorgt ervoor dat de krachtsverschillen die ontstaan bij het aflopen van de veer worden geëgaliseerd. De klok wordt gereguleerd door een vroege cilindergang in combinatie met een gladde balans met balansveer en fijnafstelling. Door aan het touwtje te trekken wordt een hulpveerton opgewonden dat de kwartierrepetitie laat slaan op twee bellen.
Vuurvergulde kast
Het uurwerk is gemonteerd in een ronde functionele vuurvergulde kast. De kast zelf is versierd met gegraveerde lijnen en wordt bekroond door een gegoten handvat. De achterdeur is voorzien met gaten om het geluid van de repetitie door te laten. De klok wordt opgehangen aan een ophanghaak.